‘Redbull.’
De Roemeen kijkt me niet aan, maar smijt een briefje van 200 op de bar.
‘Natuurlijk, strontvervelende tyfushond.’
Glimlachend reik ik hem het blikje Redbull aan.
‘Vier euro, bitte gerne.’
Ik pak het briefje en geef hem zijn wisselgeld terug.
‘Danke dir,’ zeg ik. ‘Einen schönen tag noch, arrogante pleurislijer.’ Met mijn allervriendelijkste blik open ik de deur en laveer de man naar buiten.
Niet veel later staat er een Duitser aan de bar die een Aperol Spritz wil.
‘Freilich!’ roep ik monter en enthousiast.
Ik pak een mooi glas, schep deze vol met krakend verse ijskugeln, geef twee shotjes Aperol, plop een nieuwe fles prosecco open, voeg een scheutje bruiswater toe en als kers op de taart snij ik een schijfje sinaasappel. Om het geheel af te maken, roer ik alles nog eens door met een hip rietje en zet dit heerlijke zonnedrankje op de bar.
Alwaar Goebbels het rietje uit het glas pakt en in mijn wasbak pleurt.
‘Je weet nooit wat er voor viezigheid in zo’n strohhalme zit.’
‘Dan weet je nog niet half in wat voor vaatwasser ik dat glas heb gewassen, klaphark.’
‘Was?’
‘Genießen Sie es, zaadslof! Sterkte met je koortslip zo.’
Enfin, kroegbaas zijn rocks, zeker als het je eigen bergbar betreft, maar je wordt ook weer danig geconfronteerd met de meest onsympatieke diersoort die we kennen, de mens.
‘Het zijn net varkens,’ placht ik vaak te zeggen. Waarna ik mij stante pede corrigeer omdat ik dit vergelijk een belediging voor die lieve varkentjes vind.
Balkanners zijn nors en kortaf en zuipen als een tempelier. Afgelopen week nog heb ik er eentje uit onze opslag geplukt, die was dronken op zijn mombakkes gegaan en besloot te blijven slapen.
‘Gaan we niet doen vriend, dan vries je dood.’
‘I sleep in car then, is oké.’
‘Dan vries je ook dood, moshommel. En dan ga je rijden als je wakker wordt en zal je net zien dat je een kind doodrijdt, mejje dronken harses.’
‘HAHAHAHAHA!’
Derhalve, ik heb de man in mijn auto gezet en hem naar zijn hotel gereden, alwaar hij in stijl de trap naar zijn kelderappartement aftiefte en kruipend naar zijn bed is gegaan.
Heb ik het eigenlijk al gehad over alle smerigheid die De Mensch achterlaat op het moment dat ze in een horecagelegenheid zitten?
Snotlappen in een koffiekopje gepropt. Kauwgom aan de rand van een bierglas geplakt. Groene rochels in de wasbak. Stront op de muur. Afval op één meter van een prullenbak op de grond geteft. Kots op de drempel. Omgevallen glazen laten liggen, eetresten over tafel uitgesmeert.
Of ze dat thuis ook doen? Wie zal het zeggen.
Roemenen zijn horken. Duitsers hebben geen humor.
Nederlanders zijn gierig. Het is geen vooroordeel, het is echt zo. Ze kunnen de hele dag op je terras zitten, drie skiwater bestellen (ranja dus), hun eigen bammetje kaas opvreten en liefst ook nog hun eigen thermofles met thee opzuipen - stiekem nippen, hun bek branden en dan nog denken dat we het niet zien - en dan acht euro negentig op de cent af neertellen en je aankijken alsof ze Gaston zelve zijn die je een Postcodeloterij envelop met een miljoen euro komt brengen.
‘Ik dank u nederig voor deze betaling en het is mij een eer dat het u heeft behaagt vijf uur op mijn terras te zitten om uw eigen meegebrachte consumpties te nuttigen en zowaar drie ranja’s bij mij af te nemen.’
*kust skischoenen van Gerda*
Oostenrijkers denken dat ze alles beter kunnen.
‘Doe het dan zelf.’
‘Geen zin in.’
‘Zeik dan niet, staatsmongool.’
Amerikanen bestellen espresso lungo’s. Shotjes koffie met heel veel water. Da’s dus gewoon een bak zwarte slappe koffie. Bestel dan niks. En of we ook havermelk hebben.
‘We benne hier niet in Amsterdam op de Negen Straatjes hè, Clifford. Dit is gewoon volle melk van de koeien die je hier op de alm ziet grazen.’
‘Daar krijg ik uitslag van.’
‘Wij krijgen uitslag van jou, Clifford. Daar is het gat van de deur, kssst!’
Italianen drinken de hele dag bombardino’s. Eierlikeur met slagroom. Daarna schijten ze de hele boel onder.
De enkele verdwaalde Scandinaviër drinkt een klein biertje en zwijgt.
De Joegoslaven atten schnapps. Veel schnapps. Echt heel veel schnapps.
‘Dobre pitschka. Lekker kutje.’
‘HAHAHAHAHA!’
De Russen én Oekrainers drinken en zingen gebroederlijk. Ja, echt.
Kroegbaas zijn rocks. Zelfs met al dat addergebroed dat je toko bevolkt.
Please be patient with the bartender. Even a toilet can only serve one asshole at a time.
Automatisch kiezen voor het jaarabonnement met 17% korting en als eerste (exclusieve) content ontvangen? Simpel, kik op onderstaande button, vul je gegevens in en je bent erbij. Voilà!
Ook tof, waar je zelf nóg blijer van wordt, is door een boek van me te kopen!
Liever een losse donatie doen? Dat kan!
Een zelfgekozen bedrag als losse donatie doen kan hier, met een directe overboeking naar NL70 BUNQ 2076 5623 89 t.n.v. Tjeerds Brainfarts onder vermelding van je mailadres of door op het BUNQ-logo te klikken. Natuurlijk krijg je bij een losse donatie ook - tijdelijk naar rato - toegang tot betaalde content.
Los doneren via PayPal of Stripe is ook mogelijk. (NB.: PayPal leidt je naar een donatiepagina op naam van mijn uitgeverij, Jalapeño Books)
Een kop koffie is ook altijd welkom!
Lezers over Tossa
Prachtige roman waarin de schrijver je aan de hand van twee verhaallijnen meeneemt in de tegenstrijdige realiteit die balanceert rondom het motto viva la vida. Mooi en soms zeer herkenbaar geschreven en leest lekker weg. Echt een aanrader om heerlijk bij te ontspannen. ~ Nino ★★★★★
Niet in één adem uitgelezen, daar is het te intens voor. Herkenbaar omdat het alles heeft waar je in het leven mee te maken hebt. Liefde, vriendschap en de dood. Dit alles bij elkaar maakt dit boek het meer dan de moeite waard om te lezen. ~ Karin ★★★★★
De eerder verschenen boeken van Tjeerd heb ik ook allemaal gelezen en ik vind echt dat hij en zijn oeuvre te weinig eer krijgen. Tossa pakt je, neemt je mee en ontroert je. Ik ben zelf nog nooit in Tossa de Mar geweest, maar na het lezen van dit boek heb je echt het idee dat je net terug komt van een reis naar Tossa. De sfeer, de spanning, de toeristische deken die over het stadje ligt. Tjeerd weet het levendig te vertellen, zo levendig dat je Tossa de Mar hoort, voelt en proeft. Vanaf de bank.
De scènes die zich in de bergen afspelen komen mij persoonlijk wel weer bekend voor, Tjeerd weet de emotie die ik in de bergen ervaar te vatten in woorden. In iets tastbaars. ~ Evelien ★★★★★
Hoe zou je dat toch doen in Rotterdam dan?!