Zoals de meesten van jullie wel weten, heb ik naast mijn werkzaamheden als schrijver en uitgever een passie, ja, passie, voor de horeca. En voor de bergen natuurlijk, dat is ook geen geheim. Het mooie aan die drie passies is, dat ik die elk afzonderlijk in kan zetten voor mijn werk. Vaak ook gecombineerd: schrijven in de bergen in het pension waar ik iets huur en waar ik als barmedewerker werk. Anders gezegd, ik heb op elk vlak van mijn hobby’s mijn werk kunnen maken. Hard en veel werken, ploeteren ook om de kop financieel boven water te houden [insert met Rotterdamse tongval “hard voor weinig, maar nooit chagrijnig”], maar het is wel het ultieme freelancerschap. (nu die wekelijkse column of rubriek in een landelijk medium nog)
Edoch, ondanks de overlap van die drie passies, is er bij die ene passie een opvallend verschil met de andere. Zit ik als schrijver/uitgever vooral individualistisch op mijn zolderkamertje te werken aan die meesterwerken van boeken, ben ik in de bergen eveneens alleen of als dan toch, met maximaal twee Alpenverein-collega’s aan het werk, mijn verschijnen in de horeca is dan weer totaal het tegenovergestelde. Niets geen momentje voor jezelf, powernappen als het uitkomt of gewoon in je onderpur een beetje Netflixen onder het mom van inspiratie opdoen of in totale stilte genieten van de vergezichten en uitzichten op de bergdalen. Neen. Mensen, overal mensen!
En niet alleen dat, maar ook heb ik dan collega’s en leveranciers en verkopers van het een of ander en medewerkers. Die zijn ook allemaal een column waard, maar ik beperk me voor nu even tot “De Gast”.
Wat godnondezjuu, wat zijn dat een stel varke… wacht, laat dit eerst even duidelijk zijn, de gast is King. Alles voor onze gasten. Tuurlijk.
Maar even tussen jou en mij, niet verder vertellen, dit blijft tussen ons… hoe, HOE! kan het toch dat mensen zodra ze met hun kleine teen een horecagelegenheid binnenstappen, veranderen in ongeremde horken zonder normen en waarden?
Je hebt toch menigmaal op een avond dat je uit zou willen schreeuwen “DOE JE DAT THUIS OOK, VARREKE, OFNIEDAN?!” Je klinkt dan als je oma, maar zo gek is die vraag niet.
Want echt, etensresten zitten tot op het plafond, menukaarten, snotlappen, dimsum, kauwgom, kunstgebitten, álles wordt in een glas gepropt, tafels liggen bezaaid met kleffe servetten, uitgekauwde stukken wat-dan-ook, omgevallen glazen blijven liggen want hee-jij-werkt-hier-toch-ruim-dat-eens-op-pauper, om van ondergescheten toiletpotten niet te spreken.
O, en serieus, staan ze met hun togus voor de tap, vragen ze wat je op de tap hebt… “BENNE GIJ ANALFABEET OFZO?!”
Maar goed, De Gast. Het is als een newborn. Een baby van net een halfjaar oud. Je neemt ze aan het handje, je verschoont ze, leidt ze door het leven, corrigeert ze zo nu en dan, je stelt je leven ten dienste van ze en ondanks alle ellende hou je intens veel van ze.
Onze gasten, het zijn een stel varrekens, maar het zijn wel onze varrekens. Het zijn soms net mensen.
Varrekens
Ik voel me een beetje schuldig naar de varkentjes van deze wereld, want deze fantastische dieren vergelijken met de menselijke diersoort is niet helemaal eerlijk. Als goedmakertje, een filmtip: Gunda.
Een hartveroverende en onvergetelijke documentaire over Gunda, een varken dat op een idyllische boerderij in Noorwegen twaalf biggen grootbrengt. In het mooiste zwart-wit gefilmd, met alleen de geluiden van de dieren zelf en hun omgeving, worden Gunda en haar biggen, wat koeien en een eenpotige kip liefdevol en glorieus in beeld gebracht; extreem vertederend en hartverscheurend tegelijkertijd.
Als vierjarige had Victor Kosakovskiy een tijdlang een biggetje als beste vriend. Het werd de bron voor zijn eerste filmidee: een film over boerderijdieren, met een varken in de hoofdrol. Terwijl hij uitgroeide tot een van de beroemdste documentaireregisseurs ter wereld, kreeg hij deze film maar niet van de grond. Tot na een kwarteeuw de tijd eindelijk rijp bleek.
In zijn zoektocht naar de ‘Meryl Streep’ onder de varkens vond hij Gunda. Hij zag het meteen: ‘Ze is zo krachtig in haar gezicht.’ We volgen haar terwijl ze biggen krijgt, ze verzorgt en opvoedt, ze uitfoetert als ze te lang klieren, en de achterblijver weer liefdevol naar de groep duwt. Het is wonderbaarlijk meeslepend om te zien hoe de biggen opgroeien, hun omgeving onderzoeken en steeds volwassener worden.
Fijn weekend jelui! Wees een beetje lief voor de mensen in de horeca en mocht je op zoek zijn naar een mooi boek, snuffel hier dan eens rond! Tabee!
Abonneren
Wil je meer van dit soort Brainfarts lezen? En denk je “ik gun die gozer wel een paar eurootjes zodat hij zijn schrijfsels blijft delen”. Dan kun je betalend lid worden en voorzie je mij van een beetje schrijvend bestaansrecht!
Subscribe, kies voor een maandabonnement, jaarabonnement (17% korting!) of sponsorship en ontvang als eerste (exclusieve) content.
Liever met iDeal betalen? Dat kan! Subscribe, krijg automatisch het jaarabonnement met 17% korting en ontvang als eerste (exclusieve) content.
Eenmalig doneren kan hier, via onderstaande button of met een directe overboeking naar NL70 BUNQ 2076 5623 89 t.n.v. Tjeerds Brainfarts onder vermelding van je mailadres. (en natuurlijk krijg je dan ook - tijdelijk naar rato - toegang tot betaalde content)
En eenmalig doneren via Stripe kan ook. Dan kan hier, of via onderstaande button. (en natuurlijk krijg je dan ook - tijdelijk naar rato - toegang tot betaalde content)